Verandering pensioenstelsel op komst
Een nieuw pensioenstelsel, wat betekent dat voor jouw organisatie?
Column door Leon Mooijman AWVN
De komende tijd moeten alle pensioenregelingen aangepast worden. Leon Mooijman, pensioenadviseur bij AWVN, stelt in zijn column dat werkgevers dit moment kunnen aangrijpen “…om een regeling te bouwen die precies bij uw organisatie past. Een regeling die niet als lastig of saai wordt gezien, maar als een prima arbeidsvoorwaarde waarmee u uw goede werknemers behoudt en aantrekkelijk bent voor nieuwe werknemers.”
Hij legt uit wat in het nieuwe pensioenstelsel de overgang naar “een vlakke premie” betekent en geeft een tip voor organisaties die niet bij een pensioenfonds aangesloten zijn.
Lees hier de column van Leon Mooijman van AWVN.
__________________________________________________________________________
“Pensioenen? Ja, dat is een lastig en saai onderwerp, en prijzig ook”. Dat is vaak een eerste reactie van werkgevers die ik hoor als we het over een van de meest prijzige arbeidsvoorwaarden hebben.
Hoewel u – waarschijnlijk versterkt door de coronaperiode – wel iets anders aan het hoofd hebt dan de pensioenregeling voor uw werknemers, ben ik toch bang dat u de komende tijd met het onderwerp aan de slag moet. Het pensioenstelsel gaat namelijk flink veranderen. U heeft daar vast in de krant over gelezen.
Mijn stelling is daarbij dat pensioen absoluut niet saai of lastig hoeft te zijn. En dat, als u als werkgever er iets meer aandacht aan besteedt, het plezier en begrip snel groeit. Het momentum – nu de komende tijd alle pensioenregelingen aangepast moeten worden – kunt u nu perfect aangrijpen om een regeling te bouwen die precies bij uw organisatie past. Een regeling die niet als lastig of saai wordt gezien, maar als een prima arbeidsvoorwaarde waarmee u uw goede werknemers behoudt en aantrekkelijk bent voor nieuwe werknemers.
Hoe zit het ook alweer met die aanstaande verandering?
Een van de belangrijkste kenmerken van het huidige stelsel is dat de hoogte van de pensioenopbouw voor jong en oud binnen een pensioenregeling gelijk is (eenzelfde opbouwpercentage). Onderliggend betekent dat, dat de premie voor jonge werknemers lager is dan voor ouderen. Als u in uw organisatie bijvoorbeeld een beschikbare premie regeling hebt voor de werknemers dan ziet u dat in de “gestaffelde” premie meteen terug. In een pensioenregeling gebaseerd op het gemiddelde salaris (middelloon-pensioenregeling) is dat lastiger te zien, maar als u de premie analyseert ziet u hetzelfde fenomeen terug.
Dit kabinet is van mening – en ik ben het daar helemaal mee eens – dat dat niet meer van deze tijd is. Dus in het nieuwe stelsel is de hoogte van de premie voor jong en oud binnen een pensioenregeling gelijk (eenzelfde premiepercentage). In jargon heet dat “een vlakke premie”. Bovendien worden alle pensioenregelingen beschikbare premieregelingen. Het wordt daarmee veel duidelijker hoeveel een werknemer in zijn of haar eigen pot heeft zitten en daarmee wordt het belang van pensioen veel duidelijker.
Voor bijvoorbeeld een pensioenuitkering van 10.000 euro per jaar moet meer dan 200.000 euro gespaard zijn op de pensioendatum. Het gros van werkgevers en werknemers weet dat nu niet.
Voor organisaties die nu een beschikbare premieregeling hebben is de uitdaging om van een oplopende gestaffelde premie over te stappen naar een vlakke premie. Dat is lastig omdat de werknemers die boven de 45 zijn dan waarschijnlijk een lagere pensioenpremie gaan ontvangen en de jongere een hogere. Aangezien ook een uitgangspunt is dat de het verwachte pensioen na de overgang gelijkwaardig moet zijn, zal de oudere werknemer daarin een vorm van compensatie moeten krijgen. En dat kan veel geld kosten! Voor organisaties met een middelloonpensioenregeling is de uitdaging zelfs nog iets groter, want zij moeten overstappen naar (1) een beschikbare premieregeling met (2) een vlakke premie. Een dubbele overstap dus.
De wetgever is van plan de nieuwe wetgeving vanaf 2022 van toepassing te laten zijn. En in 2026 moet alles gereed zijn. Maar met name voor organisaties die niet bij een pensioenfonds aangesloten zijn – en dat zijn de meesten van u – is het van groot belang om al dit jaar naar de pensioenregeling te kijken. De nieuwe wetgeving kent namelijk in een aantal gevallen een escape, zoals bijvoorbeeld:
Als u in 2021 al een beschikbare premieregeling hebt voor uw werknemers mag u deze handhaven totdat de laatste werknemer uit de regeling is (bijvoorbeeld door pensionering of uitdiensttreding).
Het is geen oplossing voor alle pensioenvraagstukken maar de eerste ervaringen die wij als AWVN nu opdoen, laten zien dat er niet altijd een goed alternatief is, omdat de compensatie van de overstap naar een vlakke premie op korte termijn te veel kosten met zich meebrengt.
Aan de slag dus!
Leon Mooijman
AWVN